PBear
Mankinds only hope
In 2009 kocht ik een bescheiden huisje voor een bescheiden prijsje in het Oost-Duitse Ertsgebergte.
Ik kocht het uit voorzorg, niet zozeer als prep voor een SHTF situatie, maar omdat ik tzt mijn huis in Nederland wilde verkopen, zonder vervolgens dakloos te worden.
Want ik had me jaren geleden al voor een huurhuis ingeschreven, maar het duurde 16 jaar voordat ik iets aangeboden kreeg dat nauwelijks betaalbaar was en niet aan mijn woonwens voor een plekje zonder geluidsoverlast tegemoet kwam.
Dus het internet afgestruind, Waar ik na een tip van een vriendin www.immobielienscout24.de vond.
Daar kon ik mijn zoekwensen opgeven en kreeg ik een emailmelding als er iets bij was dat bij die wensen paste.
Het duurde evenwel nog bijna 2 jaar voordat iets vond dat binnen mijn beperkte budget paste.
Ik kocht het inclusief de meeste inboedel, dus dat scheelde ook een partij inrichtingskosten.
Het was was enigszins een kluswoning, gebouwd na WW2, toen Oost Duitsland onder Sovjet bewind stond en er groot gebrek was aan bouwmateriaal.
Het dak van de aanpandige schuur lekte volgens de makelaar en moest gerepareerd worden. Verder stond er een nevenschuurtje op het perceel van de buren. Voordat ik tot de koop bereid was, heb ik het laten afbreken, om latere problemen met buur te voorkomen.
Binnen zag het er onderhouden uit.
Voor een bedrag waar in Nederland destijds nog geen caravan, schuurtje of garagebox te koop was, werd ik eigenaar van een volledig afbetaalde eengezins woning met legaal adres, vrij van hypotheek, met notariële akte en inschrijving in het "Grundbuch", zoals daar kadastrale inschrijving heet.
Het jaar daarna installeerde ik 3 zonnepanelen op het dak aan zuidzijde, die jaarlijks ca 500 KWh produceerden
Toen ik met de buurvrouw kon afspreken dat ik haar jaarlijks 250 KWh kon leveren in ruil voor een verbinding met haar stroomnet, liet ik het elektrabedrijf de stroom afsluiten, wat me jaarlijks ruim 100 euro aan aansluitkosten bespaarde, en buurvrouw een aardige besparing op de stroomrekening opleverde.
Een win-win situatie voor beiden.
Ik verbruikte jaarlijks ca. 1 kuub leidingwater omdat ik maar een paar weken per jaar aanwezig was. Ik vond ruim 125 euro voor die ene kuub toch wel aan de erg prijzige kant, met het probleem van een in de winter bevroren watermeter erbij, omdat die niet afgetapt kon worden.
Daarom besloot ik tot regenwater opvang en installeerde 2 containers van 300 liter in het washok, verbonden met de regenpijp van het dak erboven en een filter van wasemkap filtermateriaal er aan.
Toen kon ik ook de wateraandluiting opzeggen.
Helaas bestond het vrijwel platte dak uit bitumenpapier, wat een ongezond kleurtje en geurtje aan het opgevangen water gaf.
Na een mislukte poging om het dak van een laag latexverf te voorzien, en nog een mislukte poging om er plasticfolie overheen te plakken die niet UV bestendig bleek, besloot ik het dak te bedekken met metalen trapeziumplaat.
Helaas bleek het dak te gaan lekken. Nu heb ik onder de metalen platen vijverfolie aangebracht, dat het probleem grotendeels oplost. Toch blijkt er bij langdurige regen nog enig water doorheen te lekken. Platte daken zijn echt een bouwkundige ramp. Als het lekt kan je niet door het plafond zien waar het lekt, en langs welke weg het via het plafond doorsijpelt.
Of ik het ooit lekvrij krijg weet ik niet, maar ik overweeg er een nieuw dak van metaal overheen te bouwen, dat het opvangen van regen bovendien makkelijker maakt en de opslag een verdieping hoger kan plaatsvinden, zodat de zwaartekracht ook enige druk geeft op de waterleiding.
Nu kan ik het water van begane grond naar een container op de zolderetage van de schuur pompen om zo enige druk op de waterleiding te krijgen.
Het huisje bleek, zoals veel oudere huizen zonder spouwmuur, een probleem met in de muren optrekkend vocht te hebben.
Daar had ik in mijn toenmalige huisje in Polen al wat ervaring mee. Daar had ik rondom de buitenmuren drainage aangelegd, wat het probleem een heel stuk verminderde.
Hier besloot ik een ingrijpender methode toe te passen. Het boren van talrijke gaten juist boven het fundament op onderlinge afstanden van ca 5-7 cm tot ca 3/4 van de muurdikte diep en daar een impregneervloeistof in laten sijpelen.

(Hierboven het laatste stukje van de keukenmuur, dat geïmpregneerd wordt)
Nu is de in de handel verkrijgbare speciale impregneervloeistof schreeuwend duur. Je kan rekenen op een prijskaartje van 30 tot 50 euro per strekkende meter muur.
Maar ik herinnerde mij dat mijn vader destijds een cementen douchebak had gebouwd die hij met waterglas waterdicht had gemaakt. Geglazuurde tegels waren zo kort na WW2 in NL niet te betalen.
Waterglas bleek in Polen voor enkele euros per liter te koop. Ik besloot te proberen met een 1:10 oplossing in water het als impregneervloeistof te gebruiken.
Het heeft een paar jaar nodig gehad voordat het zijn beoogde werking kreeg, maar het resultaat is afdoende om het meeste optrekkend vocht tegen te houden.
De vorige eigenaar verstookte jaarlijks 1500 liter huisbrandolie. Dat zou - zeker in 2023 - aardig in de papieren lopen.
Dat was niet mijn bedoeling, al had ik niet het plan om er elk jaar te overwinteren.
In Polen kocht ik pakken piepschuim (styropian) van 5 cm dikte en plakte die met daarvoor bedoelde cementkleefstof tegen de buitenmuren met daarop een wapeningsnet van glasvezel. Daaroverheen weer een laag kleefstof gladgestreken en geschilderd.
Het verschil is ook in de zomer goed te merken. Het blijft op de benedenverdieping nu heerlijk koel, ook als de buitentemperaturen tot koortsniveau oplopen. En als het een paar dagen wat kouder is, hoeft de kachel niet aan.
Binnen had het vocht niettemin gezorgd voor loslatend behang en schimmelvorming.
Dat heb ik dit jaar aangepakt.
De vorige eigenaar had weliswaar vochtremmende platen aangebracht, maar toch was daar ook schimmelvorming op gekomen.
Hieronder foto's vóór en na een behandeling die bestond uit deels verwijderen van het oude behang, schoonwassen met chlooroplossing, schuren en enkele malen schilderen.

Dit is de muur die thans aan buitenzijde geïmpregneerd wordt.

Er dringt nog wel enig vocht door de verf, maar toch niet zo'n oogzeer meer.
Als na impregnatie er nog een laagje verf overheen gaat, gaat het er beter uit zien.
Ik kocht het uit voorzorg, niet zozeer als prep voor een SHTF situatie, maar omdat ik tzt mijn huis in Nederland wilde verkopen, zonder vervolgens dakloos te worden.
Want ik had me jaren geleden al voor een huurhuis ingeschreven, maar het duurde 16 jaar voordat ik iets aangeboden kreeg dat nauwelijks betaalbaar was en niet aan mijn woonwens voor een plekje zonder geluidsoverlast tegemoet kwam.
Dus het internet afgestruind, Waar ik na een tip van een vriendin www.immobielienscout24.de vond.
Daar kon ik mijn zoekwensen opgeven en kreeg ik een emailmelding als er iets bij was dat bij die wensen paste.
Het duurde evenwel nog bijna 2 jaar voordat iets vond dat binnen mijn beperkte budget paste.
Ik kocht het inclusief de meeste inboedel, dus dat scheelde ook een partij inrichtingskosten.
Het was was enigszins een kluswoning, gebouwd na WW2, toen Oost Duitsland onder Sovjet bewind stond en er groot gebrek was aan bouwmateriaal.
Het dak van de aanpandige schuur lekte volgens de makelaar en moest gerepareerd worden. Verder stond er een nevenschuurtje op het perceel van de buren. Voordat ik tot de koop bereid was, heb ik het laten afbreken, om latere problemen met buur te voorkomen.
Binnen zag het er onderhouden uit.
Voor een bedrag waar in Nederland destijds nog geen caravan, schuurtje of garagebox te koop was, werd ik eigenaar van een volledig afbetaalde eengezins woning met legaal adres, vrij van hypotheek, met notariële akte en inschrijving in het "Grundbuch", zoals daar kadastrale inschrijving heet.
Het jaar daarna installeerde ik 3 zonnepanelen op het dak aan zuidzijde, die jaarlijks ca 500 KWh produceerden
Toen ik met de buurvrouw kon afspreken dat ik haar jaarlijks 250 KWh kon leveren in ruil voor een verbinding met haar stroomnet, liet ik het elektrabedrijf de stroom afsluiten, wat me jaarlijks ruim 100 euro aan aansluitkosten bespaarde, en buurvrouw een aardige besparing op de stroomrekening opleverde.
Een win-win situatie voor beiden.
Ik verbruikte jaarlijks ca. 1 kuub leidingwater omdat ik maar een paar weken per jaar aanwezig was. Ik vond ruim 125 euro voor die ene kuub toch wel aan de erg prijzige kant, met het probleem van een in de winter bevroren watermeter erbij, omdat die niet afgetapt kon worden.
Daarom besloot ik tot regenwater opvang en installeerde 2 containers van 300 liter in het washok, verbonden met de regenpijp van het dak erboven en een filter van wasemkap filtermateriaal er aan.
Toen kon ik ook de wateraandluiting opzeggen.
Helaas bestond het vrijwel platte dak uit bitumenpapier, wat een ongezond kleurtje en geurtje aan het opgevangen water gaf.
Na een mislukte poging om het dak van een laag latexverf te voorzien, en nog een mislukte poging om er plasticfolie overheen te plakken die niet UV bestendig bleek, besloot ik het dak te bedekken met metalen trapeziumplaat.
Helaas bleek het dak te gaan lekken. Nu heb ik onder de metalen platen vijverfolie aangebracht, dat het probleem grotendeels oplost. Toch blijkt er bij langdurige regen nog enig water doorheen te lekken. Platte daken zijn echt een bouwkundige ramp. Als het lekt kan je niet door het plafond zien waar het lekt, en langs welke weg het via het plafond doorsijpelt.
Of ik het ooit lekvrij krijg weet ik niet, maar ik overweeg er een nieuw dak van metaal overheen te bouwen, dat het opvangen van regen bovendien makkelijker maakt en de opslag een verdieping hoger kan plaatsvinden, zodat de zwaartekracht ook enige druk geeft op de waterleiding.
Nu kan ik het water van begane grond naar een container op de zolderetage van de schuur pompen om zo enige druk op de waterleiding te krijgen.
Het huisje bleek, zoals veel oudere huizen zonder spouwmuur, een probleem met in de muren optrekkend vocht te hebben.
Daar had ik in mijn toenmalige huisje in Polen al wat ervaring mee. Daar had ik rondom de buitenmuren drainage aangelegd, wat het probleem een heel stuk verminderde.
Hier besloot ik een ingrijpender methode toe te passen. Het boren van talrijke gaten juist boven het fundament op onderlinge afstanden van ca 5-7 cm tot ca 3/4 van de muurdikte diep en daar een impregneervloeistof in laten sijpelen.

(Hierboven het laatste stukje van de keukenmuur, dat geïmpregneerd wordt)
Nu is de in de handel verkrijgbare speciale impregneervloeistof schreeuwend duur. Je kan rekenen op een prijskaartje van 30 tot 50 euro per strekkende meter muur.
Maar ik herinnerde mij dat mijn vader destijds een cementen douchebak had gebouwd die hij met waterglas waterdicht had gemaakt. Geglazuurde tegels waren zo kort na WW2 in NL niet te betalen.
Waterglas bleek in Polen voor enkele euros per liter te koop. Ik besloot te proberen met een 1:10 oplossing in water het als impregneervloeistof te gebruiken.
Het heeft een paar jaar nodig gehad voordat het zijn beoogde werking kreeg, maar het resultaat is afdoende om het meeste optrekkend vocht tegen te houden.
De vorige eigenaar verstookte jaarlijks 1500 liter huisbrandolie. Dat zou - zeker in 2023 - aardig in de papieren lopen.
Dat was niet mijn bedoeling, al had ik niet het plan om er elk jaar te overwinteren.
In Polen kocht ik pakken piepschuim (styropian) van 5 cm dikte en plakte die met daarvoor bedoelde cementkleefstof tegen de buitenmuren met daarop een wapeningsnet van glasvezel. Daaroverheen weer een laag kleefstof gladgestreken en geschilderd.
Het verschil is ook in de zomer goed te merken. Het blijft op de benedenverdieping nu heerlijk koel, ook als de buitentemperaturen tot koortsniveau oplopen. En als het een paar dagen wat kouder is, hoeft de kachel niet aan.
Binnen had het vocht niettemin gezorgd voor loslatend behang en schimmelvorming.
Dat heb ik dit jaar aangepakt.
De vorige eigenaar had weliswaar vochtremmende platen aangebracht, maar toch was daar ook schimmelvorming op gekomen.
Hieronder foto's vóór en na een behandeling die bestond uit deels verwijderen van het oude behang, schoonwassen met chlooroplossing, schuren en enkele malen schilderen.

Dit is de muur die thans aan buitenzijde geïmpregneerd wordt.

Er dringt nog wel enig vocht door de verf, maar toch niet zo'n oogzeer meer.
Als na impregnatie er nog een laagje verf overheen gaat, gaat het er beter uit zien.